Brugse cultuur in een hoekje geduwd

In 2014 was er voor het eerst een cultuurmarkt in Brugge. Op autoloze zondag veroverden private en publieke cultuurhuizen en –organisatoren voor het eerst de Markt. Het was een bont allegaartje dat werd aangevuld met al even gevarieerde animatie op het podium. In 2015 werd het concept verder uitgebreid en het evenement was mooi aan het groeien. Ja, bij momenten was het wat moeilijk om over de muziek van de live bands en animatie heen uit te leggen wat er juist op het programma stond, maar we kwamen in contact met heel veel mensen die anders nooit over onze werking zouden gehoord hebben, laat staan dat ze de weg naar de Schipperskapel zouden hebben gevonden. Diezelfde muziek was trouwens ook een bindmiddel met de collega’s. Mijn poging tot “Dirty Dancing lift” met mijn buurvrouw zal me nog lang bijblijven.

Voor de editie van 2016 werd beslist om het over een andere boeg te gooien. De cultuurmarkt werd opgesplitst over een paar locaties. Met de Schipperskapel stonden we op het mooie terras van De Republiek, samen met een aantal andere Brugse cultuurhuizen. We hadden er onze twijfels over, maar we bleven enthousiast over het concept. We vroegen de fotografen om een speciaal beeld, maakten mooie postkaartjes, maakten extra promo op onze Facebookpagina en trokken naar De Republiek.

Een drempel teveel
Het werd jammer genoeg heel snel erg duidelijk dat dit een brug te ver was voor de niet door de wol geverfde Brugse cultuurliefhebbers. De wél door de wol geverfden hebben ongetwijfeld al lang hun tickets en komen al wel eens bij ons over de vloer. Maar voor wie gewoon door de stad flaneerde én al verder geraakte dan de Markt en het Conservatorium was er letterlijk de drempel van De Republiek én dan nog eens de drempel van het café én dan nog eens de weg over het terras. Kortom, de belangstelling was – in tegenstelling tot in 2014 en 2015 – heel erg mager. We hebben geen 20 mensen aan onze tafel op bezoek gehad. Concreet wil dit zeggen dat we “voor niets” tijd en geld gestoken hebben in de speciale kaartjes en in het evenement zelf. Iets wat voor ons als niet gesubsidieerde organisatie moeilijk te verteren is. Ik had beter mijn tijd in de oktobermailing gestoken.

Het wordt eigenlijk nog moeilijker verteerbaar. De picknick op de Markt, waarvoor we dus eigenlijk plaats ruimden, was best gezellig. De animatie met de Dame met het Kleed was best leuk. Maar er was zeker meer dan genoeg plaats over voor de tentjes die de voorgaande jaren het plein vulden en waar we allemaal ons aanbod voorstelden aan het Brugse publiek. Wij kunnen ons niet anders voelen dan in een hoekje geduwd, een hoekje waar maar heel weinig mensen de weg naartoe vonden. Wie dit besliste weet ik niet, maar ik vind het persoonlijk erg jammer dat de wisselwerking tussen het culturele aanbod, de randanimatie én het Brugse publiek verloren is gegaan. Dat is net wat de vorige edities zo boeiend maakte: nieuwe mensen bereiken, die eigenlijk voor de fitness-sessie of de animatie kwamen. “’t Is een misse,” hoorde ik vaak zeggen vandaag in de Republiek. Typisch Brugs: kort en duidelijk.

Oh… Wie één of meer van de (volgens ons) erg geslaagde kaartjes wil… kom gerust langs volgend weekend in de Schipperskapel. We hebben er van elk nog zeker 482 liggen. Nobody puts culture in a corner! 

Share on Google Plus
    Blogger Comment
    Facebook Comment